Zonder duinen geen bescherming tegen de zee. Zonder bomen geen verkoeling in de steden. En zonder voedselgewassen nauwelijks te eten. Kortom: de natuur levert ons onmisbare materialen en diensten. De voorraad van deze natuurlijke bronnen – denk aan planten, dieren, bodem, lucht, water en mineralen – noemen we natuurlijk kapitaal.
Aanleiding voor deze column is een artikel van MVO Nederland naar aanleiding van de Dag van de Biodiversiteit, een van de thema’s in de derde strategische pijler ‘Milieu & CO2-reductie’ van het Corporate Social Responsibility (CSR) programma van Agrico. In het artikel wordt aangereikt dat iedereen kan bijdragen aan biodiversiteit, daarmee natuurbeheerder wordt en dus zorg draagt voor het behoud van natuurlijk kapitaal.
De telers zijn eigenlijk onze natuurbeheerders en altijd bewust bezig met hun natuurlijke hulpbronnen. Denk aan bodemkwaliteit, waterkwaliteit, luchtkwaliteit, biodiversiteit en mineralen. Als geen ander weten ze dat hun bedrijf ervan afhankelijk is. Maar onze natuur levert oneindig veel meer, zoals houtproductie, biomassa, (drink)water, waterberging en waterzuivering. Of adsorptie van geluid en visuele verstoring, bestuiving, bodemvruchtbaarheid, erosiebestrijding, plaagonderdrukking, groene recreatie en natuurlijk erfgoed. En wat te denken van koolstofvastlegging? Om maar te zwijgen van de bijdrage aan wetenschap en educatie, en de eerdergenoemde belangen: stedelijk klimaat, kustbescherming en voedselproductie.
We hebben er dus alle belang bij om onze natuurlijke omgeving te koesteren. Veel burgers onderstrepen dat onze natuur moet worden gekoesterd en dat daar verantwoordelijkheid voor moet worden genomen. Menigeen heeft er zelfs de mond vol van, veelal aangejaagd door de overheid, belangenorganisaties, supermarktorganisaties of sociale media. Een enkel bericht op LinkedIn of Facebook veroorzaakt al een tsunami aan reacties van zelfverklaarde experts.
Maar als je ergens iets van vindt zal je daar ook zelf naar moeten handelen. Want goed voorbeeld, doet goed volgen!
Zo verbaas ik me hoogst – tijdens een gemiddeld rondje wandelen door de stad - als ik zie dat er in elke straat wel aan een tuin wordt gewerkt. Wordt er dan divers groei- en bloei materiaal ingebracht? NEE, men kiest veelal voor een onderhoudsvrije tuin en slingert er tegels in. Deze verstrating brengt de waterhuishouding bij een bovengemiddelde bui direct in problemen, terwijl ook de biodiversiteit in het gedrang komt. Gemakzuchtig kiest de burger zo voor zijn gemak, zonder de minste bijdrage aan natuurbeheer. En schuift de verantwoordelijkheid daarvoor naar de agrariër,
de natuurbeheerder, al dan niet met prijsstimulans.
Mijn verbazing sloeg om in verBIJstering toen ik las dat Amsterdam de honingbij wil weren. Want deze soort neemt de stad over en verdringt andere soorten, blijkt uit onderzoek. En de reden? Er is te weinig voedsel voor alle bijensoorten. Dus in plaats van de bij, de natuurbeïnvloeder bij uitstek, meer ruimte (lees: meer voedsel) te gunnen, is het plan om het aantal bijenkasten te beperken. Het lijkt me de wereld op zijn kop! Gelukkig staan er in de boomgaard van mijn vader een bijenstalling met tien volken. Als fruitteler ziet hij dagelijks de activiteiten van deze natuurbeïnvloeders. Een prachtgezicht in zijn boomgaard, niet in zijn betegelde achtertuin.
René Vernooij coördineert het CSR-vraagstuk bij Agrico. Hij schrijft in het ledenmagazine regelmatig columns over CSR.