Op 1 maart 2016 is het wetsvoorstel voor het Huis voor klokkenluiders (de wet) aanvaard door de Eerste Kamer. Op grond daarvan wordt het voor alle werkgevers die in de regel minstens vijftig werknemers in dienst hebben verplicht om een klokkenluidersregeling te implementeren. Ook voor Agrico geldt deze verplichting.
In de klokkenluidersregeling dient onder meer aangegeven te worden welke vermoedens van misstanden bij wie kunnen worden gemeld, en wat voor procedure daarvoor geldt. Daarnaast bevat de regeling bepalingen hoe benadeling van de melder wordt tegengegaan. De regeling is per 17 december 2023 geactualiseerd naar aanleiding van herziening Wet bescherming Klokkenluiders.
Wanneer een melder op redelijke gronden vermoedt dat binnen de organisatie sprake is van:
Als een collega een keer een fout maakt, hoeft dat nog geen misstand te zijn. Een persoonlijk arbeidsconflict is geen misstand. Een misstand is een ernstige situatie die meerdere mensen treft. Een milieudelict bijvoorbeeld, fraude of terrorismefinanciering.
Een onregelmatigheid is minder ernstig dan een misstand. Het gaat om een onvolkomenheid of ongerechtigheid die niet zo ernstig is dat daarbij het maatschappelijk belang in het geding is.
Wanneer je het vermoeden hebt dat er binnen Agrico sprake is van een misstand of een onregelmatigheid meld je dit in eerste instantie bij een (willekeurige) leidinggevende. Wanneer je het vermoeden hebt dat de algemeen directeur bij de misstand of onregelmatigheid is betrokken kan je de melding ook doen bij een lid van de raad van commissarissen. Je mag er altijd ook voor kiezen om de melding via de vertrouwenspersoon te doen of bij een externe instantie zoals het huis van klokkenluiders.
Nadat je de melding hebt gedaan maakt degene aan wie je de melding gedaan hebt hiervan een verslag. De tekst wordt afgestemd met de melder. Vervolgens stelt degene aan wie je de melding hebt gedaan de algemeen directeur op de hoogte van de melding. Wanneer het vermoeden bestaat dat de algemeen directeur betrokken is, wordt de raad van commissarissen op de hoogte gesteld van de melding. De algemeen directeur dan wel de raad van commissarissen is verplicht een onderzoek in te stellen naar het vermoeden. Wanneer sprake is van het vermoeden van een misstand of onregelmatigheid kan de melder een externe melding doen wanneer de algemeen directeur of de raad van commissarissen onterecht geen onderzoek instellen, of wanneer de melder van mening is dat een vermoeden na onderzoek onterecht is afgewezen.